SCÈNE 15

HET SERMOEN OP DE BERG

MATTHEÜS 5 1 tot 12

Op een dag, toen er weer heel veel mensen naar Hem toe kwamen, liep Jezus de berg op en ging zitten. Zijn discipelen kwamen bij Hem. Hij onderwees hun:

– Gelukkig zijn zij die nederig zijn, want het Koninkrijk van de hemelen is voor hen bestemd.

– Gelukkig zijn zij die verdriet hebben, want zij zullen getroost worden.

– Gelukkig zijn de zachtmoedigen, want de aarde is voor hen.

– Gelukkig zijn de mensen die emaar hunkeren dat Gods wil wordt uitgevoerd, want zij zullen volkomen tevreden worden gesteld.

– Gelukkig zijn de mensen met een liefdevol en helpend hart, want zij zullen zelf liefde ontmoeten en hulp ontvangen.

– Gelukkig zijn de mensen die eerlijk en oprecht zijn, want zij zullen God zien.

– Gelukkig zijn de mensen die vrede brengen, want zij zullen zonen van God worden genoemd.

– Gelukkig zijn de mensen die vervolgd worden omdat zij Gods wil doen, want het Koninkrijk van de hemelen is voor hen.

– Gelukkig bent u als u beledigingen, vervolgingen, leugens en läster te verdragen krijgt omdat u bij Mij hoort.

Wees er blij om en jubel het uit! Want in de hemel ligt een geweldige beloning voor u klaar. Vroeger zijn de profeten immers ook zo vervolgd.